Het onderzoek

Voeronderzoek

Lopende onderzoeken

Je bent wat je eet

Ook voor dieren geldt ‘Je bent wat je eet’. Het rantsoen dat een dier krijgt, beïnvloedt de emissies van het dier. Te veel eiwit in het rantsoen kan bijvoorbeeld leiden tot onnodig nutriëntenverlies in de vorm van ammoniak. Emissiereductie via voermaatregelen is dus mogelijk.

Rantsoen

Eiwitgehalte verminderen

Hoe lager het eiwitgehalte in het rantsoen, hoe minder ammoniakemissie uit de mest. Het gemiddelde ruw eiwitgehalte in het rantsoen van een melkkoe is de laatste jaren ongeveer 165 kg per kg droge stof. Bij een reductie van een gram ruw eiwit per kg droge stof is ongeveer 1% minder ammoniak per koe te verwachten. Momenteel doen Netwerk Praktijkbedrijven, onderzoekers en veehouders in de praktijk ervaring op met het stapsgewijs verlagen van het eiwitgehalte. 

Netwerk Praktijkbedrijven


Van de stikstof in het voer gebruikt de gemiddelde Nederlandse koe rond de 25% voor melkproductie en groei. De overige 75% komt terecht in mest en urine. Uit jarenlang onderzoek van Koeien & Kansen blijkt dat de stikstofefficiëntie toeneemt bij minder ruw eiwit in het voer. Ook uit data van CBS en CLO blijkt dat er een relatie is tussen het ruw eiwitgehalte en ammoniakuitstoot (zie onderstaande figuur).

Relatie tussen ruw eiwit (RE)-totaal in gr/kg droge stof (DS) en ammoniakemissie in kiloton NH3


Bron: CBS & CLO data 1995-2018

Een van de deelnemers in Netwerk Praktijkbedrijven, Jacques van Melick uit Neer in Limburg, werkt aan het verlagen van het ruw eiwitgehalte in zijn rantsoen. Belangrijk is om dit stapsgewijs te doen, zodat de koeien kunnen wennen aan het nieuwe rantsoen.


Graslandmanagement

Weidegang

Onderzoeken tonen aan dat een rantsoen van weidegras in plaats van kuilgras methaanemissies vermindert. Op dit moment onderzoekt Integraal Aanpakken de effecten van andere grassoorten en bijvoorbeeld klavers en weegbree op de emissies. Voorlopige resultaten laten geen verschil in emissies zien.  


De resultaten van de verschillende onderzoeken laten zien dat de methaanemissies tussen bedrijven verschillen met ruim 30%. Dit zijn grote verschillen en het is interessant om te weten wat deze verschillen veroorzaakt. Op basis van deze eerste onderzoeken is de verwachting dat een veehouder de methaanemissie uit de pens van de koe kan reduceren met 6-15% door kuilgras te vervangen door weidegras. Dit kan door de samenstelling van het rantsoen te veranderen of door extra weidegang toe te passen. 

Aangepast graslandmanagement

Het onderzoek

Dieronderzoek